Do as the locals do: op vakantie!
Onze Hindoestaanse hotelburen genieten, net als wij van de - relatieve - avondkoelte op het balkon, ondertussen luisterend naar een zacht Indiaas muziekje dat bij tijd en wijle als jaren ’50 Hollywoodfilmmuziek klinkt. Op de achtergrond roept de muezzin, aanzienlijk toonvaster dan degene die wij eergisteren in Malakka hoorden, op tot het gebed en zo nu en dan komt een vliegtuig over, onderweg naar Kuala Lumpur. Onder ons klotsen de zoute golven tegen de betonnen palen van ons hotel op stelten, dat een traditioneel Maleisisch vissersdorpje moet voorstellen. Van onze gids in de Cameron Highlands hoorden we, op onze vraag wie nu eigenlijk de ‘echte’ Maleisiërs zijn, dat die vroeger aan de kust in vissersdorpjes woonden. Maar ook dat ze ooit afkomstig waren uit anderen delen van Azië, op de vlucht voor oorlog, honger en andere ellende. We zaten er dus niet zover naast met onze conclusie dat Maleisië een smeltkroes is van allerlei culturen. We zitten inmiddels in Port Dickson, een vrijetijdsenclave van mensen die Kuala Lumpur even willen ontvluchten, en zijn een paar dagen in een resort ‘op vakantie’ om wat uit te rusten van het wekenlange reizen en alle indrukken. Ons balkon kijkt uit over een strand en vanmiddag hebben we uitgebreid de ‘adult only’ pool uitgetest, heerlijk rustig in periode die een drieweekse schoolvakantie blijkt te zijn. Dat sommige mensen daar hard aan toe zijn, merkten we gisteren in Malakka toen wij bij McDonald en Sundayijsje zaten te eten. De moeder van een Franssprekend gezin raakte zo over haar toeren van haar klierende zoontjes, dat ze schreeuwend van woede haar handtas door de zaak heen smeet en stampvoetend naar buiten beende, zoonlief nummer drie luid blèrend achterlatend bij zijn Happy Meal. Gelukkig bleef vader de rust zelve en werkte, samen met zoontjes één en twee op z’n gemak zijn Franse (!) frietjes en hamburger naar binnen alvorens op zoek te gaan naar moeder.
Inmiddels staat Roland te hengelen en heeft hij zojuist een klein visje gevangen uit de school die zich had verzameld in het lamplicht dat de steigers van het hotel verlicht. Het arme beestje spartelt over de vlonderplanken van ons balkon, voordat Ro hem weer te pakken krijgt en terug in zee gooit. Er druppelen zachtjes enkele regendruppels op onze blote armen en benen, maar veel stelt het niet voor dus we blijven gewoon buiten want het is nog steeds tegen de 30 graden. Op een balkon aan de andere kant krijgt een Chinese dame de slappe lach en schatert het luidkeels uit. Ze stikt er zowat in en slaat zich op de dijen van het lachen, terwijl haar kamergenoten haar tot stilte manen. Maar dat valt niet mee, midden in een lachstuip. Ons resort blijkt een aantal leuke verrassingen te hebben. Zo hebben we kennelijk een arrangement waarbij de happy hour-borrel inclusief is (voor wie geen alcohol drinkt is er sap, fris of een kopje thee), die omlijst wordt met ‘complementary’ zoete en hartige hapjes. We moeten daarvoor dan wel naar de ‘lounge’, waar the happy few die net zo’n prijzige kamer hebben als wij zich verzamelen en waar de airco op vriezen lijkt te staan. Morgen maar een truitje mee! Ook de roomservice is erg uitgebreid en kost niets extra’s ten opzichte van het restaurant hier, dus we hebben heerlijk op ons eigen balkonnetje gedineerd. Het eten wordt op de fiets rondgebracht door een ober, die de warmhoudschalen niet – zoals je zou verwachten – in de ‘thermodoos’ op de bagagedrager vervoert, maar op een dienblad dat hij met één arm in de lucht houdt. Het lijkt wel een circusact! Verder heeft onze badkamer een openlucht douche, zodat je tijdens het poedelen ‘ins Blauwe hinein’ of naar de sterrenhemel kunt staren, afhankelijk van het tijdstip. (Schoon)moeder zaliger zou er niet over uit hebben gekund, een badkamer zonder plafond, maar voor ons is dit inmiddels de derde keer in korte tijd dat we in de frisse lucht onder de regendouche staan. Inmiddels zijn we er vanuit Malakka al aan gewend dat het zwembad vol ligt met volwassenen die, getooid met zwembrilletjes, vrijwel volledig gekleed gaan in veelal zwarte outfits met of zonder hoofddoek, omwille van zowel het geloof als de zon, terwijl de kinderen in kleuriger pakjes rondspartelen in zwanen-, zebra- en andere zwembanden. Heerlijk, al die waterpret!
Na Ipoh was Malakka aan de beurt, een gezellige stad met een rijke historie van vooral buitenlandse overheersing. Wij arriveerden op zaterdag, dus na aankomst (van 10.15 tot ca. 16.00 met de bus vanuit Ipoh) naar de weekendavondmarkt op Jonker street getogen, want net als in Georgetown en Ipoh draait het leven in Malakka vooral om eten als je het aan een Maleisiër vraagt. Het was beredruk! Nadat we ons door een verzameling van ‘trishaws’, fietskarretjes op drie wielen vol blingbling, Miss Kitty en andere kleurig spul en waaruit oorverdovend harde popmuziek dreunt, heen hadden geworsteld waagden we ons aan allerlei onbekende snackjes en hapjes. Het ene lekker, een andere minder. De volgende dagen bezochten we allerlei culturele attracties, waaronder het Stadthuys (naar Nederlands voorbeeld, nu een museum), de Villa Sentosa (een authentiek Maleisisch huis van een dorpsoudste in de Kampung Morten), het paleis van de Sultan (een replica dan) en het Nyonya en Baba museum. Dat laatste vereist wat toelichting. Nyonyas en Baba’s zijn, respectievelijk, de dochters en zonen die voortkwamen uit gemengde huwelijke van Maleisiërs met geïmmigreerde Chinezen. De combinatie van culturen leidde tot een nieuwe cultuur, die zich ook uitstrekt tot de Maleisische keuken zodat je nu nog steeds ‘Nyonyafood’ kunt eten op de avondmarkt. Soms lekker, soms minder. Verder maakten we, net als heel veel lokale toeristen, een boottochtje over de rivier die eigenlijk meer op een gracht lijkt met alle eettentjes erlangs. De rondvaartboten leken net grote, lichtblauwe sardineblikken met een dakje erboven, die zich veelal avonds met grote vaart en met onverstaanbare Engelse uitleg door de vrolijk verlichte stad spoedden. ‘Do as the locals do’ dus, waarbij je dan vooral veel foto’s van jezelf of je gezelschap in allerlei poses moet maken en liefst ook de volledige trip van zo’n drie kwartier als filmpje moet opnemen met je telefoon. Kortom, we amuseerden ons weer kostelijk!
Reacties
Reacties
Het is goed dat je alles zo uitgebreid beschrijft.Dan kun je straks thuis de reis nog eens uitgebreid beleven.Wat een reusachtige berg van indrukken verzamel je daar!
Mooie verhalen! Ik krijg ook zin in een sabbatical.
Tot die tijd doe ik het hier wel mee ?
Mooi verhaal weer.En ja,het voordeel van een blog maken is inderdaad ook,dat al die prachtige details ook voor jullie zelf bewaard,om niet te zeggen onvergetelijk blijven. Dagdag.
De eerste zinnen zouden zo het begin van een bestseller roman kunnen zijn, wat schrijf je mooi! Net of ik erbij ben (*kijkt met lichte jaloezie uit het raam en ziet alleen maar grijze lucht en moet zo een Teams meeting in*).
Geniet!
Met Jacky helemaal eens.
Je verhaallijn is echt beeldend geschreven.
Ik kan het zo voor me zien als ik het lees. Dat is zo leuk.
Zit er toch iets van Ernest Claes in jouw genen misschien? ?
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}